...
Economische groei is ook niet alles. Niet voor niets stelt de beroemde Engelse econoom Richard Layard dat de welvaartsgolf van vóór de crisis ons niet erg veel gelukkiger heeft gemaakt – alle mooiere huizen, grotere auto’s, verdere reizen en interessantere opleidingen en banen ten spijt. We zijn (financieel) wel rijker geworden, maar niet gelukkiger. En ook andere wetenschappers stellen vast dat meer geld in ieder geval steeds minder bijdraagt aan ons geluk. Die conclusie roept vragen op. Is de grote nadruk die we (nog steeds) leggen op economische groei wel terecht? Zou het welzijn en geluk van burgers geen grotere rol moeten spelen bij het maken van beleid? Wat als we ons zouden concentreren op het bereiken van de hoogste mate van geluk in plaats van de hoogste economische groei? En: zou die grotere aandacht voor geluk ertoe leiden dat we ook inderdaad gelukkiger worden? Kijken we naar ons eigen Brabant, dan kunnen we die vragen met gemak uitbreiden met specifieke vraagstukken. Hoe staat onze provincie er nou eigenlijk écht voor als we haar vergelijken met de rest van Nederland? We omschrijven onszelf maar al te graag als gemoedelijk, gastvrij en bourgondisch, maar zijn we ook gelukkig? En zo ja, hoe zouden we het ‘bruto regionaal geluk’ verder kunnen verhogen? Kunnen we sturen op geluk? Een verhaal over de zoektocht naar het geluk van de Brabanders én over het meten van vooruitgang, op basis van meer dan economische cijfers alleen.
Brabanders vinden Brabant bourgondisch, gezellig en gemoedelijk [bron=//hetpon.nl/cms_file.php?fromDB=2158&forceDownload]Aan Brabanders is gevraagd hoe ze tegen Brabant en tegen zichzelf als Brabander aankijken. Er zijn duidelijke verschillen waargenomen tussen de beelden van de Brabander over Brabant en zichzelf als Brabander.
Waarom Brabanders gelukkig zijn, Het PON 2015
[/bron]
Als Brabanders naar zichzelf gevraagd worden vinden ze zich vooral sociaal betrokken en vriendelijk
Geluk en groei
Eigenlijk gaat het pas heel kort over (economische) groei als maatstaf voor vooruitgang. De uitvinding van het Bruto Binnenlands Product (BBP) ruim tachtig jaar geleden heeft daar in niet geringe mate aan bijgedragen. Het is de maatstaf voor hoe een land ervoor staat. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid stelt dat het BBP ‘wellicht de meest succesvolle statistische uitvinding ooit is’: het BBP als indicator domineert het publieke en politieke debat. De laatste vijftig jaar wordt het BBP steeds meer gelijkgesteld met materiële welvaart, of – in bredere zin – met vooruitgang. Nog los van het feit dat economische groei door de diensten- en interneteconomie steeds ongrijpbaarder, en dus moeilijker meetbaar wordt, biedt het BBP zo wel een erg eenzijdige kijk op de ‘staat van het land’. Duurzaamheid en sociale aspecten van groei worden bijvoorbeeld niet meegerekend. Het BBP is een maat die alles meet ‘behalve dat wat het leven waardevol maakt’, om de beroemde woorden van Robert Kennedy te citeren. Daarom pleiten wetenschappers al jaren voor de toevoeging van een aantal ‘geluks-indicatoren’ aan de reguliere economische maatstaven om de kwaliteit en vooruitgang van een samenleving te meten. Tot nu toe gebeurt dat nauwelijks. Een uitzondering is de ‘geluksindex’ van het bergstaatje Bhutan: hier telt het Bruto Nationaal Geluk (BNG) boven de maat van het BBP. [bron=//www.rtlnieuws.nl/sites/default/files/redactie/public/economievanovermorgen3/index.html]Lees meer over het belang van BNG en Bhutan in de longread 'Wij eisen geluk' van Hella Hueck en Robert Went voor RTL Z[/bron]
Het gaat pas kort over (economische) groei [bron=//economie.rabobank.com/publicaties/2014/december/van-groei-naar-vooruitgang/]NGRAMS Google Books uit Van groei naar vooruitgang, Rabobank, 2014.[/bron]
Vroeger werd het woord geluk veel vaker gebruikt dan de woorden welvaart en groei
De theorie achter het BNG is dat economische groei niet een doel op zichzelf is, maar een middel om andere doelen te bereiken zoals vrede, veiligheid, groter welbevinden en geluk. Dat denken vindt wereldwijd steeds meer ingang. Zo maakt de Verenigde Naties jaarlijks een World Happiness Report, waar ruim 100 landen aan meedoen (met Bhutan als opvallende afwezige!). [bron=//worldhappiness.report/]Lees verder in de diverse World Happiness Reports.[/bron] En in steeds meer Europese landen, zoals in het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk, worden pogingen ondernomen om welzijn en geluk te meten, daarbij geholpen door de zich razendsnel ontwikkelende gelukswetenschap, een combinatie van psychologie, economie, sociologie, hersenwetenschappen en biologie. De wetenschap van het subjectieve geluk is op de kaart gezet door de eerder genoemde Richard Layard in zijn boek Happiness, Lessons from a new science (2006). [bron=//www.penguin.co.uk/books/happiness/9780241954911/]Richard Layard, Happiness, Lessons from a new science 2011 (second edition). [/bron] In dit standaardwerk concludeert Layard dat mensen vooral gelukkig worden van stabiliteit en zekerheid, zowel in hun werk als in hun privéleven. Sociale relaties (met familieleden, buurtgenoten, vrienden en bekenden) spelen daarin een belangrijke rol, net als een goede gezondheid. Ook worden mensen gelukkig van zeggenschap over hun eigen leven. Uiteraard is ook iemands financiële positie van invloed op iemands welzijn, maar de tevredenheid met inkomen wordt voor een groot deel bepaald in de vergelijking met andere mensen.
Wie dus denkt dat welzijn en geluk een geitenwollensokkenthema zijn voor wereldvreemde en wat naïeve optimisten, heeft het mis. Steeds meer ondernemers snappen dat geluk een belangrijke factor is voor economische groei. Sommigen ondernemers gaan zelfs zover dat ze economische groei zien als een bijproduct van het streven naar geluk. Zo investeert Bob Hutten, directeur van Hutten Catering uit Veghel, actief in het geluk van zijn ‘samenwerkers’, want zo worden medewerkers bij Hutten genoemd. [bron=//www.hutten.eu/samenwerkers-aan-het-woord]Lees hier meer over de samenwerkers van Hutten Catering[/bron] Je moet het tenslotte samen doen. Het geluk van de samenwerker is een gezamenlijk project van werkgever en werknemer. Idealistisch? Ongetwijfeld. Maar ook zeer rendabel, want geluksbevorderend economisch handelen leidt tot meer productiviteit en innovatie zo bewijzen ze in Veghel.
Geluk met een zachte G
De nadruk die Bob Hutten legt op het geluk van zijn samenwerkers sluit aan bij de leefwereld van veel Brabanders. Voor Brabanders is geluk niet alleen een belangrijk thema in hun dagelijks leven, maar ook als ze nadenken over de toekomst van de provincie. Brabanders hebben een duidelijk beeld van de waarden die van belang zijn voor een toekomstbestendige provincie zo laat recent onderzoek zien. [bron=//hetpon.nl/cms_file.php?fromDB=1145&forceDownload&forceDownload]PON Jaarboek, Houvast in onzekere tijden, Tilburg, 2014, pagina 98[/bron] Solidair en informeel, dat is wat mensen belangrijke waarden vinden voor het Brabant van de toekomst. Maar ook ondernemend, met meer oog voor de kwaliteit van bestaan dan voor materieel succes. Economische belangen moeten de te nemen beslissingen minder domineren. Dat correspondeert met het beeld van de bourgondisch ingestelde, gastvrije Brabantse levensgenieter. De Brabander is iemand die oog heeft voor zijn medemens en voor de geneugten van het goede leven. Met het geluksniveau in deze regio zou het dus wel goed moeten zitten, ben je geneigd te denken. Maar hoe staat het nu echt met het geluksgevoel van de Brabanders?
In de zomer van 2015 ondervroeg het PON bijna 1.100 Brabanders over hun geluksgevoel. [bron=//issuu.com/brabantkennis/docs/geluk_met_een_zachte_g__het_pon__20]Lees meer over het geluksgevoel van de Brabander in het volgende onderzoek van het PON[/bron] Zij gaven hun geluk gemiddeld een 7,3. Dat betekent dat de waardering van het geluk van Brabanders in de afgelopen jaren is gestegen: in 2010 gaf men het dagelijks geluk gemiddeld nog een 6,4. Brabanders zijn daarmee gelukkiger dan de gemiddelde Europeaan, die op welbevinden een 7,1 scoort. Toch ligt het Nederlandse cijfer nog hoger, op een 7,8. Brabanders zijn met een 7,3 dus gelukkig en ook gelukkiger geworden, maar tegelijkertijd minder gelukkig dan de gemiddelde Nederlander. [bron=//hetpon.nl/cms_file.php?fromDB=2158&forceDownload]Bron: Waarom Brabanders gelukkig zijn, het PON 2015[/bron] Daarom is het interessant om wat dieper in te zoomen op het Brabantse geluk in vergelijking met andere regio’s. Hoe gaat het met de Brabander als we kijken naar de vier belangrijkste factoren voor geluk: gezondheid, sociale contacten, werk en geld? [bron=url]Voor meer informatie over deze vier factoren zie het interview met Sanne Blauw verderop in deze longread[/bron] Om met gezondheid te beginnen: qua ervaren gezondheid scoort de Brabander behoorlijk gemiddeld. Als het gaat om de levensverwachting blinkt Brabant niet uit, alhoewel de verschillen met andere provincies klein zijn. Toch zijn we niet in alle aspecten even gezond; de bourgondische levenshouding heeft een prijs. Zo kent Brabant veel zware drinkers.
Gezondheid en alcoholgebruik [bron=//www.zorgatlas.nl/gezondheid-en-ziekte/functioneren-en-kwaliteit-van-leven/goed-ervaren-gezondheid-2012-per-gemeente/]Goed ervaren gezondheid 2012
[bron=//www.zorgatlas.nl/beinvloedende-factoren/leefstijl/alcoholgebruik/zware-drinkers-per-gemeente/]Zware drinkers 2012[/bron]
[/bron]
Gemiddelde gezondheid, maar veel zware drinkers in Brabant
Als het gaat om de omgang met anderen scoort Brabant redelijk; de sociale verbanden zijn nog steeds behoorlijk sterk. Verder is maar liefst 86 procent van de respondenten tevreden over het sociale leven, al geeft slechts 71 procent aan iemand te hebben om goed mee te kunnen praten (tegenover 81 procent voor Nederland als geheel). Vooral in de grotere Brabantse plaatsen heeft bijna de helft van de volwassen te maken met eenzaamheid. Verder heeft 75 procent van de Brabanders vertrouwen in de medemens (tegen een Nederlands gemiddelde van 58 procent). In vrijwilligerswerk zijn de noordelijke provincies het actiefst en alleen Noordoost-Brabant kan zich daar mee meten.
Maatschappelijke participatie [bron=//www.zorgatlas.nl/gezondheid-en-ziekte/functioneren-en-kwaliteit-van-leven/eenzaamheid-2012-per-gemeente/]Eenzaamheid 2012
[bron=//www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/vrije-tijd-cultuur/publicaties/artikelen/archief/2015/meeste-vrijwilligers-actief-voor-sportverenigingen.htm]Vrijwilligerswerk 2014[/bron]
[/bron]
Veel eenzaamheid in grote Brabantse plaatsen, Noordoost-Brabant meer vrijwilligers
Ook iemands financiële positie is een relevante factor voor geluk. Ook in dit opzicht scoort Brabant goed: in de top 10 van gemeenten met huishoudens met het hoogste doorsnee vermogen prijken maar liefst zeven Brabantse gemeenten, terwijl de provincie niet vertegenwoordigd is bij de tien laagst scorende gemeentes.
Vermogen [bron=//www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/inkomen-bestedingen/publicaties/artikelen/archief/2015/vermogen-van-huishoudens-daalt-niet-langer.htm]Doorsnee vermogen van huishoudens per gemeente, 1 januari 2014. [/bron]
Veel Brabantse gemeenten met hoog doorsnee vermogen
Ook de arbeidsparticipatie is in Brabant in orde: na koploper Utrecht bekleedt Brabant, samen met Noord-Holland, de tweede plek als het gaat om het percentage mensen dat werkt. Ondanks de hoge werkloosheid door de crisis doen veel Brabanders mee!
Arbeidsparticipatie [bron=//www.compendiumvoordeleefomgeving.nl/indicatoren/nl2099-Netto-arbeidsparticipatie-Nederland.html?i=36-175]Netto arbeidsparticipatie per gemeente in 2014[/bron]
Brabantse arbeidsparticipatie is hoog
...
Kortom: de Brabander is misschien niet overdreven gezond, maar met zijn financiële situatie is gemiddeld genomen weinig mis. Ook doet de Brabander goed mee als het gaat om werk en om sociale participatie.
Met het geluksgevoel van de gemiddelde Brabander lijkt het over de gehele linie wel redelijk goed te zitten. Maar dat betekent niet dat élke Brabander gelukkig is. We moeten niet alleen kijken naar gemiddelden maar vooral naar de spreiding stelt Peter Achterberg, socioloog aan de Universiteit van Tilburg. [bron=//brabantkennis.nl/blog-toen-was-geluk-nog-heel-gewoon/]Lees meer over Peter Achterberg in de blog: ‘Toen was geluk heel gewoon’ van Heidi Buijtels. Hierin wordt verslag gedaan van onze werksessie over geluk op 14 september 2015.[/bron] Hoe ziet die spreiding tussen jong en oud, stad en platteland, er uit en wat verklaart die spreiding? Juist de spreiding geeft aanknopingspunten voor beleid, betoogt Achterberg. Als we met zo’n blik naar Brabant kijken vallen een aantal zaken op. Allereerst: hoe jonger de Brabander, hoe gelukkiger. Jonge mensen tussen de 18 en 29 waarderen hun dagelijkse geluk met een 7,5 – de hoogste score van alle onderzochte leeftijdsgroepen. De geluksbeleving daalt licht bij dertigers en veertigers (beide groepen scoren een nog steeds respectabele 7,2), om weer iets te stijgen bij vijftigplussers (7,3) en 65-plussers (7,4). Een belangrijke verklaring voor het (licht) hogere geluksgevoel onder jonge mensen is gezondheid; de ondervraagde 18- tot 29-jarigen beschrijven hun gezondheid vaker als (zeer) goed. Ook zijn ze tevredener met hun sociale leven (7,9) dan ouderen én wonen ze dichter bij hun oorsprong (wat weer zorgt voor een warmer netwerk). Opvallend is ook dat jongeren zich sterker Brabander voelen dan ouderen.
Tussen Brabanders op het platteland en in de steden lijkt weinig verschil in geluksbeleving: beiden waarderen het dagelijks geluk een 7,3. Wat wél opvalt, is dat de Brabantse stads- en plattelandsbewoners gelukkig worden van andere dingen. Waar de stedeling zijn geluk vooral haalt uit sociale contacten en werk (de stedeling is gemiddeld hoger opgeleid), staat bij de plattelander de tevredenheid met de financiële situatie voorop (in de stad wonen gemiddeld meer arme mensen). Ook zijn er verschillen in de manier waarop stedelingen en plattelandsbewoners hun leven vormgeven. Zo hebben stedelingen minder contact met hun buren dan dorpelingen, wordt op het platteland meer aan vrijwilligerswerk gedaan, en voelen plattelandsbewoners zich sterker verbonden met Brabant dan mensen in de stad.
Stad versus het platteland [bron=//www.compendiumvoordeleefomgeving.nl/indicatoren/nl2100-Opleidingsniveau-bevolking.html?i=15-12]Hoogopgeleiden in 2014, Compendium voor de Leefomgeving.
[bron=//statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=80861ned&D1=3&D2=2&D3=0&D4=0&D5=0,5-16,103-106,109-111,113-117,119-122,125-126,128-139,141-145,148-158,160,163-165,167-169,171-173,175-190,192-198,200-215,217-228,230-236,238-242,244-245,247,249-257,259-263,265-266,268-275,277-285,287-298,300,302-306,308-326,328-329,332-334,336-337,339-342,346-350,352-354,356,359-362,364-372,374-379,381,383,386-389,391-396,398-408,410-427,430-437,439-442,444-446,448-450,452-459,461-465,467-470,472-484,486-490,492-534,536,538-543,546-548,550-553,555-558,561-568,571-579&D6=l&HDR=G5,G2&STB=G4,G3,T,G1&VW=C]Huishoudens met tenminste 1 jaar een laag inkomen in 2013, CBS.[/bron]
[/bron]
Lage inkomens en hoogopgeleiden in de stad
Verschillen zijn er ook tussen rijk en arm. Waar Brabanders met een inkomen onder modaal hun dagelijks geluk waarderen met een 7,0, ligt die score voor mensen met een bóvenmodaal inkomen een half punt hoger (7,5). Zo zijn bovenmodaal verdienende Brabanders over het algemeen gezonder dan hun minder verdienende provinciegenoten. Ook maken ze vaker deel uit van een (hechte) groep vrienden, zijn ze minder eenzaam, zetten ze zich vaker in voor hun leefomgeving én zijn ze vaker lid van een vereniging. Ook voelen ze zich minder vaak onveilig en hebben ze meer vertrouwen in de medemens en in instituties.
Ontwikkeling eenzaamheid naar inkomen in Brabant [bron=//hetpon.nl/cms_file.php?fromDB=1614]Het aandeel mensen dat zich af en toe eenzaam voelt is in Brabant gestegen van 18% in 2009 naar 23% in 2014. Daarbij is sprake van een opvallende tweedeling: mensen met een laag inkomen zijn relatief vaker eenzaam dan mensen met een hoog inkomen. Deze tweedeling is het afgelopen decennium verder toegenomen.
Bron: Het PON, betrokken Brabanders, 2014[/bron]
De verschillen in eenzaamheid tussen arm en rijk nemen toe
...
Bruto regionaal geluk
Niet iedere Brabander is dus even gelukkig. Het maakt uit of je jong of oud bent, in de stad of het platteland woont, sociaal actief bent of eenzaam, en of je werk hebt of niet. Geografische en financiële verschillen, maar ook generatieverschillen beïnvloeden het geluksniveau. Zo worden jongeren bijvoorbeeld gelukkig van het gevoel wereldburger te zijn, sportiviteit, het kopen van luxeartikelen en ruimdenkendheid, waar ouderen gelukkig worden van onder meer hun sociale contacten, gezondheid en het vertrouwen in medemens en instituties. Duidelijk is dat hoewel het met het bruto regionaal geluk van Brabant wel goed zit, het netto geluk per Brabander dus sterk verschilt. Duidelijk is ook dat als burgers gelukkig willen zijn, de overheid niet alleen maar op het geld moet letten. Maar wat dan wel? Heeft sturen op geluk zin? Kunnen we in Brabant gelukkiger worden dan we al zijn? Kunnen we ongelukkige Brabanders helpen en een duwtje in de goede richting geven? En zo ja, hoe doen we dat dan? Wat zijn met andere woorden de fundamenten van een beleid dat zich richt op het maximaliseren van het geluk van alle Brabanders?
Steeds meer wetenschappers zijn het erover eens dat sturen op geluk zin heeft. Zo buigt hoogleraar psychologie Ap Dijksterhuis zich met enige regelmaat over geluk, en dan met name over de vraag in hoeverre de overheid het geluksgevoel kan beïnvloeden. Dijksterhuis’ conclusie in zijn bestseller ‘Op zoek naar geluk’: de overheid heeft een behoorlijke invloed op het geluksniveau. Het actief bevorderen van geluk door overheidsbeleid kan verschillende vormen aannemen.
Econometrist en geluksonderzoeker Sanne Blauw, werkzaam als ‘ontcijferaar’ voor nieuwsmedium De Correspondent, onderscheid vijf ‘versnellingen’ die de overheid kan aanhouden om het geluksniveau te bevorderen, oplopend qua mate waarin geluk actief bevorderd wordt door de staat: van meten via informeren en faciliteren naar duwen en dwingen.
...
Nieuwsgierig naar de vijf versnellingen die Sanne Blauw onderscheidt, lees hier dan het interview met haar.
Interview
Waar Blauws eigen voorkeur naar uitgaat? Faciliteren biedt volgens haar de meest reële kans op een gelukkige burger, denkt ze. In Nederland staat de geluksmachine al een tijd te loeien in de derde versnelling: de overheid speelt een belangrijke rol bij het realiseren van de omstandigheden die leiden tot het hoge gemiddelde geluksniveau van de Nederlander. Tegelijkertijd zien we, ook in Brabant, dat niet álle groepen even gelukkig zijn. Vaak is ongeluk te wijten aan simpele pech: mensen zijn ziek geworden of hebben buiten hun schuld om hun baan verloren. Als gevolg daarvan kampen ze met financiële problemen. Geld mag dan niet gelukkig maken, maar een gebrek aan geld wel ongelukkig. Voor deze groepen zou de overheid volgens Blauw niet zozeer als geluksmachine, maar als ‘pechdemper’ moeten optreden: door actief typische ongeluksfactoren als armoede, werkloosheid, een slechte gezondheid en eenzaamheid te bestrijden. Nog los van de daarmee samenhangende politieke keuzen, is de vraag welk concreet beleid daarbij past nog niet zo eenvoudig te beantwoorden. Maar wat kunnen provincie en gemeenten in Brabant dan wel doen? Een drietal suggesties:
1. Breng geluk (met zachte G) in kaart
We kunnen in ieder geval proberen beter in kaart te brengen wat we in Brabant belangrijk vinden voor een gelukkig leven. Op nationaal niveau doet een door de Tweede Kamer ingestelde commissie op dit moment onderzoek naar een ‘bredere opvatting van welvaart’. Het BBP laat zien hoe het met de economie gaat, maar is volgens de commissie minder geschikt om welvaart in de brede zin te bepalen. Daarvoor moeten ook andere zaken worden meegewogen, zoals milieu, onderwijs en veiligheid. In Brabant zijn we gelukkig al verder. We hebben onze eigen ‘brede welvaartsmonitor’ in de vorm van de duurzaamheidsbalans. Geluk maakt daar echter nog geen onderdeel van uit. Welke subjectieve geluksindicatoren en doelstellingen voor geluk zouden we ook moeten onderzoeken? En hoe kunnen we via deze monitor het geluksbevorderende effect van overheidsmaatregelen in beeld brengen? Geluk kan trends in de provincie aan het licht brengen die andere indicatoren verborgen houden. Een soort maatschappelijke rookmelder voor zwakke signalen. Als alles goed lijkt te gaan maar het bruto regionaal geluk daalt, is dat reden voor bestuurlijke oplettendheid.
2. Bevorder binding en betrokkenheid
Een belangrijk resultaat van de gezamenlijke zoektocht van het Pon en BrabantKennis naar geluk met een zachte G is dat hoe sterker men zich verbonden voelt, des te gelukkiger men is. Binding en het gevoel ergens bij te horen maken gelukkig. Mensen kunnen zich verbonden voelen met hun geloof, cultuur, maar ook met hun stad of provincie. De binding van Brabanders met hun provincie is opvallend sterk: ruim 80% voelt zich redelijk tot sterk Brabander. Hoe sterker men zich verbonden voelt met Brabant, des te hoger het cijfer is waarmee men het dagelijks geluk waardeert. Zo zorgt het idee van een gezellig, gemoedelijk en sociaal Brabant voor een sfeer van sociale inclusie en saamhorigheid. Dat kan je een gelukkiger Brabander maken. Het versterken van de binding en betrokkenheid bij Brabant werkt geluksbevorderend. Dit inzicht is bruikbaar voor beleid. Op speelse manieren kan geluk het gesprek over de betrokkenheid bij de eigen stad en regio inspireren. Zo organiseren ze dit jaar in Eindhoven voor de vierde keer een geluksroute, een ongedwongen uitwisseling van geluk tussen bewoners van de stad die voor inspirerende ontmoetingen zorgt. [bron=//geluksroute.nu/editie/eindhoven/]Lees hier meer over de Geluksroute in Eindhoven[/bron] En in Tilburg hebben leerlingen van het ROC bewoners van de (on)geluksnummers 13 geïnterviewd over hun geluksgevoel. [bron=//www.npo.nl/geluk-op-13/POMS_S_OMROEPBRABANT_395215]Kijk hier naar de afleveringen van Geluk op 13[/bron] Naast inspiratie, leveren dit soort manifestaties een beter beeld op van de geluksfactor van bewoners.
3. Bestrijd de eenzaamheid
Geluk gaat altijd om persoonlijk welbevinden. Maar de omstandigheden waaronder mensen dat persoonlijke geluk kunnen vinden, blijken uitermate voorspelbaar te zijn. Het geluk van
mensen wordt in zeer grote mate bepaald door een beperkt aantal omstandigheden. Van de eerder genoemde vier bepalende geluksfactoren (gezondheid, sociale contacten, werk en geld) is die van het hebben van sociale contacten onbetwist de belangrijkste. De intensiteit van sociale contacten draagt bij aan geluk. Eenzaamheid daarentegen maakt ongelukkig. [bron=//brabantkennis.nl/wp-content/uploads/2014/12/Trendboekje_nr2_spreads.pdf]Lees meer over aanpak van eenzaamheid in Kiem #2 Binden in de Buurt[/bron] Het aandeel mensen dat zich af en toe eenzaam voelt is in Brabant gestegen van 18% in 2009 naar 23% in 2014. [bron=//hetpon.nl/cms_file.php?fromDB=1614]PON, betrokken Brabanders, 2014[/bron] Daarbij is sprake van een tweedeling: mensen met een laag inkomen zijn relatief vaker eenzaam dan mensen met een hoog inkomen. Steeds meer gemeenten proberen mensen in een sociaal isolement die hier niet op eigen kracht uitkomen, te helpen. Misschien is het interessant om – naar het voorbeeld van de gemeente Almelo – te experimenteren met een persoonsgebonden geluksbudget voor mensen die op eigen kracht niet uit het sociaal isolement komen. [bron=//www.scp.nl/Publicaties/Alle_publicaties/Publicaties_2012/Sturen_op_geluk ]Lees meer over de aanpak van de gemeente Almelo in het Rapport Sturen op Geluk van het Sociaal en Cultureel Planbureau uit 2012 blz 54[/bron] De vraag ‘waar word jij gelukkig van?’ blijkt te activeren en deelnemers hebben minder behoefte aan medicijnen en huisartsbezoek.
De opgesomde suggesties vormen zeker geen radicale breuk met het bestaande overheidsbeleid in Brabant. In een regio met een inclusieve en innovatieve economie als de onze, wordt impliciet al ten dele een geluksbeleid gevoerd. Maar het helpt wanneer we meer openlijk over geluk gaan spreken. Geluk is voor veel individuele Brabanders immers een belangrijk levensdoel. Waarom zou het dat voor de politiek ook niet kunnen zijn? Geluk met een zachte G als graadmeter voor een toekomstbestendig Brabant! [bron=//www.cpb.nl/publicatie/presentatie-gelukkig-met-geluksbeleid]Gelukkig met geluksbeleid, Centraal Planbureau 2011[/bron]
KIJK OP BRABANT 2015 - 2016
Met de Kijk op Brabant duikt BrabantKennis in de cijfers, maar vooral ook in de wereld daaráchter. Hoe staat Brabant er nou écht voor? Wat zijn de belangrijkste trends en ontwikkelingen? En voor welke uitdagingen staan onze provincie en haar inwoners? Zonder de realiteit uit het oog te verliezen doen we aanbevelingen voor een beter Brabant. [bron=//brabantkennis.nl]Meer lezen[/bron]
© BrabantKennis 2015 - 2016
COLOFON [bron=url]Redactie: Sjoerd van Dommelen en Joost Peters
Vormgeving: Total Public
Fotografie: Willeke Machiels, Gemeente Tilburg, Marc Bolsius, Pim Geerts
Eindredactie: Anke van der Heijden en Joks Janssen
Een belangrijk fundament voor deze longread is gelegd door het PON met het onderzoek: Geluk met een zachte G, van Koen Vinckx en Marianne van Bommel
BrabantKennis is het platform waar strategische kennis en informatie van en over Brabant wordt verzameld, ontwikkeld en gedeeld. BrabantKennis staat voor onafhankelijk vooruitdenken; het bekijkt de toekomst van de Brabantse samenleving vanuit wisselend perspectief. Naast het verzamelen en analyseren van data, het opstellen van trendverkenningen en scenariostudies, voedt BrabantKennis het publieke debat met discussie, lezingen en periodieke trenddagen.
www.brabantkennis.nl T@brabantkennis[/bron]
Disclaimer
Bij de samenstelling van deze publicaties gebruik gemaakt van diverse bronnen en informatie die voor vele organisaties is verstrekt. BrabantKennis kan echter niet de juistheid of nauwkeurigheid van de in deze uitgave voorkomende gegevens, informatie of meningen, noch met betrekking tot de geschiktheid daaraan voor enig doel, enige situatie of enige toepassing garanderen. BrabantKennis is dan ook niet aansprakelijk voor eventuele schade, verliezen of andere gevolgen die zouden kunnen voortvloeien uit het gebruik van de in deze uitgave voorkomende gegevens, informatie of meningen.